Beleggers namen een adempauze en verzilverden een deel van de winsten van de
laatste dagen. Sombere woorden van enkele bankdirecteuren drukten de
graadmeters verder in het rood.
In het rood
De toonaangevende Dow-Jonesindex besloot de laatste handelsdag van de week met
een verlies van 148,38 punten (1,9 procent) op 7776,18 punten. De breder
samengestelde S&P 500 sloot 2 procent lager op 815,94 punten. De
technologiegraadmeter Nasdaq daalde 2,6 procent tot 1545,20 punten.
Adempauze
"We zijn in rap tempo een heel eind gekomen. Logisch dat we een kleine
adempauze nemen”, zei een handelaar in New York tegen persbureau Reuters.
De beurzen in de Verenigde Staten zaten deze week flink in de lift, gesteund
door enkele beter dan verwachte economische cijfers en de presentatie
maandag van een gedetailleerd hulpplan voor financiële instellingen. De Dow
is de afgelopen week 6,8 procent gestegen.
GM omhoog
In de hoofdindex was alleen bij autofabrikant General Motors sprake van een
serieuze koersstijging. Het aandeel klom ruim 6 procent. Het Witte Huis liet
weten dat president Barack Obama volgende week maandag een besluit neemt
over nadere hulp voor de aangeslagen automobielindustrie. De branche kreeg
in december al vele miljarden dollars aan steun.
Bankaandelen dalen
De bankensector had last van winstnemingen. Daarbij kwam dat de topmannen van
JPMorgan Chase en Bank of America zich lieten ontvallen dat de zaken in
maart moeizaam gaan. De twee banken daalden respectievelijk 5,8 en 3,2
procent. Citigroup ging 6,8 procent omlaag en was daarmee de sterkste daler
in de Dow.
De toplieden van de grootste Amerikaanse banken hadden vrijdag een gesprek met
president Obama. Daarin spraken zij volgens het Witte Huis in grote lijnen
hun steun uit voor de wijze waarop de regering de financiële sector en de
bredere economie uit het slop wil trekken.
Technologie onder druk
Ook technologiebedrijven en industriële fondsen moesten een flinke stap terug
doen. Softwaregigant Microsoft, IT-concern IBM, vliegtuigbouwer Boeing en
industrieel concern Honeywell leverden tussen de 3 en 5 procent in.
Goedkopere olie
De lagere olieprijs - een vat olie van 159 liter werd 4 procent goedkoper en
kostte 52,16 dollar - zette de koersen van energiebedrijven onder druk.
ExxonMobil en Chevron werden allebei 1,8 procent goedkoper.
Euro
De euro noteerde een koers van 1,3295 dollar tegen 1,3285 dollar aan het einde
van de beursdag in Europa.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl